Het was weer lekker vol in Jazzpodium de Tor met een aanzienlijk lager percentage grijzende haardossen. Dat had alles te maken met de jeugdige uitstraling van de vier heren op de bühne, die al vele jaren optreden onder de naam BRUUT!, maar nog nooit bij de Tor hadden gespeeld.
Zonder enige uitzondering speelde het kwartet eigen werk, composities die even origineel klonken als ze betiteld waren. Wat te denken van Baha, Camel, Sjaco, Loulou, Binson, Prince, Bumper, Plume, Hannie, Saga en Eddie? Ook eenlettergrepige titels als Sly, Moj, Jump en Surf stonden op de setlist, die maar liefst veertien stukken (plus twee toegiften) bevatte: kort maar (vaak) hevig, op een enkele zwoele rumba na. Het enige buitenbeentje vormde de maar liefst vier lettergrepen tellende titel, waarmee de vier heren de pauze ingingen: Yamazaki, geïnspireerd door een Japans optreden.
Het was heerlijk om het aangenaam groezelige geluid van een Hammond-orgel weer eens te horen op dit jazzpodium. Voor de liefhebbers van dit instrument is er overigens goed nieuws: als de berichten niet bedriegen is de Tor -dank zij een schenking- binnenkort een heuse huis-Hammond rijker. Naast de virtuoze bespeler ervan, Folkert Oosterbeek, was ook saxofonist Maarten Hogenhuis goed op dreef. Ondanks het feit dat een Hammond zijn eigen bas is, was er toch nog een contrabas aan de bezetting toegevoegd, opvallend extravert bespeeld door Thomas Rolff. Felix Schlarmann maakte de ritmesectie compleet, en hóe! Aarzelend kwamen de beentjes aanvankelijk van de vloer, maar aan veel meer spreekwoordelijke schokkende kuiten (een fraaie beschrijving van Peter Westers) was tegen het einde geen ontkomen meer, want bij deze ongekende muzikale energie kón je eenvoudig niet blijven stilzitten.