bron: Huis aan Huis Enschede
Enschede – Van Lipperkerkstraat 98 naar Jazzpodium De Tor in de Walstraat is maar een klein stukje. Als je op de fiets gaat, hoef je maar één keer je hand uit te steken. Toch weten we zeker dat Harry Bannink de afstand nooit heeft overbrugd om de jazzclub te bezoeken. Ten eerste omdat hij niet bekend stond als uitgaanstype. Maar – en dat is een goed excuus – toen De Tor in 1970 werd opgericht, woonde Bannink allang niet meer in Enschede. Aan de andere kant, Bannink was wel in de tweede helft van de jaren veertig de oprichter van de Enschedese Jazz Sociëteit. De avonden die zij organiseerden werden zo populair dat de kantine van Sportclub Enschede al gauw te klein was en het gezelschap uitweek naar de zaal die nu bekend staat als De Kleine Willem.
De Tor koppelen aan Bannink is op zichzelf niet vreemd. Want al is hij er zelf nooit geweest, Boy Edgar Prijs Winnaar Jasper van ’t Hof is er een van de eregasten. En Harry stond aan de wieg van diens carrière. Jo van ’t Hof, orkestleider, drummer en trompettist wist niet hoe hij het spel van de piepjonge Jasper moest duiden. Stelde dat nou wat voor, wat zijn vierjarige zoontje achter de piano thuis allemaal zat te spelen. Hij vroeg of Harry eens wilde luisteren. ‘Het zit er wel in Jo. Stuur hem maar langs, zei Harry nadat de kleine Jasper voor hem had gespeeld.’ En vervolgens is Jasper van ’t Hof van zijn vierde tot achtste jaar leerling geweest van Harry Bannink. En toen Harry emigreerde naar Loenen aan de Vecht, ging Jasper verder in de leer bij Harry’s grote leermeester Martin Kaptein.
In De Tor spelen vrijdag pianist/accordeonist Bert van den Brink, bassist Ruud Ouwehand en drummer Sebastian Netta ‘Banninks beste’. De eerste twee deden afgelopen zomer ook mee aan de serie van Phion: In de ban van Bannink. Maar wat dit Tor-concert interessanter maakt, is dat er geen vocalisten zijn uitgenodigd. Wanneer je niet afgeleid wordt door de (meestal briljante) teksten, hoor je pas goed wat een geweldige melodieën en originele akkoord opeenvolgingen Harry had bedacht. En dan kun je je nog eens realiseren dat composities van Bannink niet onderdoen voor die van zijn Amerikaanse collega’s als Gershwin, Richard Rodgers of Cole Porter. Dat Bannink geen naam is die in het wereldrepertoire voorkomt, komt alleen omdat daar nooit werk van gemaakt is. Als ze ‘Een vrouw zoals jij’, ‘Het is Over’, ‘Verdomme Kees’ en ‘Laat ze breien’ hadden laten vertalen in het Engels en aangeboden hadden aan Frank Sinatra, Ella Fitzgerard en Tony Bennett, dan was Banninks naam in één adem genoemd met de grootste songschrijvers van de 20ste eeuw. Nu weten we dat in Nederland wel, maar de rest van de wereld nog steeds niet. Daar moet nog aan worden gewerkt.