Fris, brutaal, verrassend, lieflijk, hard, complex, toegankelijk, avontuurlijk, intens, gevarieerd, uitdagend. Het Tingvall Trio dus. Een nieuwe maat op pianotrio muziek. Eigenlijk is alles daarmee wel gezegd. Toch nog wat woorden om de euforie over deze geslaagde vrijdag Tor-avond van 15 april netjes af te hechten.
20.30 uur. Heftige regenbui. Vermoedelijk ben ik vanavond de enige in misschien wel de beste jazzclub van Nederland, zo dacht ik bij vertrek. Mij trouwens eerder overkomen: in de vroege jaren ‘70 in B14 Rotterdam, bij een concert van Johnny Griffin. Ik was het enige publiek. Na één nummer stopte hij. We praatten nog wat, ik kreeg me geld terug en dat was het. Maar dat terzijde. Van het Tingvall Trio wist ik niet te veel, al was het YouTube filmpje op de site geheel niet verkeerd. Nou ja, gedachtig het gezegde “April koud en nat, vult schuur en vat”, toch maar op pad. Even voor negenen: er kon amper meer iemand bij! Stampvol! Veel mensen van verre: uit Berlijn, Brussel, zelfs uit de Randstad. Ja, en die kwamen blijkens vluchtige gesprekjes toch echt voor het Tingvall Trio naar de Tor. Een half uurtje later kon er niemand meer bij. ‘Vol = vol’ geldt immers sinds het legendarische concert van Dizzy Gillespie in dit lokaal.
Pianist Martin Tingvall (1974) dus, uit Zweden. Met Omar Rodriguez Calvo (1973) op bas, uit Cuba. En Jürgen Spiegel (1972) slagwerk, uit Duitsland. Heel geconcentreerd en intens aan de slag. Opvallend luid, naar gangbare pianotriomaatstaven althans.
Zeker de bas stond behoorlijk open, maar dat was gegeven de heldere en mooi ronde toon van Calco alleen maar lekker. Zelfs slagwerker Spiegel moest stevig aan de bak om in het volume mee te komen. Op de plek waar ik zat waren balans en volume in elk geval dik voor elkaar, popachtig stevig. Goed werk, geluidsman Pim!
Wat volgde was voortdurende vertoning van wisselende motieven, harmonieën, ritmes en tempi. Krachtig, met overtuiging, maar ook lief, melodisch en klein. Allemaal eigen werk, afkomstig van de verschillende cd’s (ook op vinyl) die het trio intussen opnam. Van het eerste tot het laatste moment een boeiend avontuur van drie prima instrumentalisten die elkaar uitstekend wisten te vinden. Ideeën schakelden in hoog tempo aanéén, op veel herhaling van motiefjes of licks kon je de mannen niet betrappen.
Zonder de andere twee te kort te willen doen, was het slagwerker Jürgen Spiegel die mij bijzonder bekoorde. Technisch dik in orde maar bovenal met attent en aanjagend spel uitdrukkelijk aanwezig. Hij speelde, in de lijn dus van het trio, heel gevarieerd en putte uit een voorraad licks en patronen die je in de jazz niet zo vaak hoort. In aanvulling op zijn standaard jazzkit bediende hij zich van een verzameling extra attributen zoals wash board, cow bell, wood block, splash bekkentje. Geen kitsch maar accuraat en smaakvol. Een verrassend aanvullend en verfraaiend element in het totaalgeluid. En bovenal, wat een drive! Al met al, een lekker heavy concert met muziek en stijlelementen uit vele hokjes: een zeer geslaagde fusion van zeer eigen signatuur.
Dat alles werd wederom geregistreerd door DJAZZ.tv. Met maar liefst 8 gelijktijdig lopende camera’s. Dat zijn intussen niet meer van die grote loeders, maar meer een soort van geavanceerde spiegelreflextoestellen. Stonden dus niet al te zeer in de weg. Wordt nog wel een werkje om dat aardig te monteren, lijkt me.
Maar de tv-zender was er in elk geval; op het goede moment op de goede plek. Te zijner tijd (datum nog niet bekend) zeker terugkijken. Een bandje dat er staat en zeker nog veel meer goeds van zich zal laten horen. Trio Tingvall, houd ze in de gaten!